Tech­nische vragen: De scheiding tussen mensen en niet-mense­lijke dieren op het recroduct onder de N261

Indiendatum: 6 dec. 2024

Op 5 februari jl. stemde onze fractie optimistisch vóór bestemmingsplan Recropassage Spinder. Onze zorgen over hoe eventuele toegenomen recreatie in dit gebied invloed kan hebben op dieren en natuur waren grotendeels weggenomen door de beantwoording van onze technische vragen.

De verbeelding van de recroduct, zoals te zien op de website van de gemeente , doet ons nu toch weer twijfelen.

In antwoord op onze eerder genoemde technische vragen werd aangegeven dat de mogelijke verstoring (van de overstekende dieren door overstekende mensen) een belangrijk gespreksonderwerp is geweest, en dat juist hierom de passage 35 meter breed wordt gemaakt, en er een fysieke barrière tussen het fietspad en de ecologische verbinding komt, in de vorm van houtwallen, waardoor ook kunstlicht (t.b.v. het menselijk gebruik van de passage) niet op de ecologische zone kan vallen.

Wij stellen deze technische vragen opdat wij hopelijk gerustgesteld kunnen worden.

1. Vormt de struikenhaag, zoals te zien op de verbeelding van het recroduct, de aangekondigde houtwallen, en biedt dit volgens de geraadpleegde ecologen de dieren voldoende bescherming tegen verstoring door het menselijk gebruik van het ecoduct en tegen kunstlicht? Zo ja, waaruit blijkt dit?

2. In de beantwoording van de technische vragen werd aangegeven dat de passage 35 meter breed zou worden, maar bij nader inzien zien we op de principedoorsnede dat de ‘ecozone’ en de recreatieve ruimte beide 15 meter breed worden. De nettobreedte van de ecozone is tot aan de struikenhaag zo’n 10 meter. Is dit breed genoeg volgens de geraadpleegde ecologen? Zo ja, waaruit blijkt dit?

3. Op de verschillende verbeeldingen van het recroduct is het fietspad zowel met als zonder verlaging getekend, en zowel met als zonder stenen muur aan de zijde van de ecozone (zie hieronder). Komt er wel of geen muurtje? In beiden gevallen, wat is hiervan het effect op de soorten die voor hun verplaatsing het fietspad oversteken?

4. Op welke wijze worden de menselijke gebruikers van het recroduct geïnformeerd dat zij de passage ‘delen’ met andere dieren, en over de mogelijkheid van overstekende dieren? Worden daar bijvoorbeeld informatie- en/of waarschuwingsborden voor geplaatst?